Voel en zeg je grens

Aantal deelnemers: max. 12

Duur: 15 minuten

Materiaal: 

• minstens 20 verschillende voorwerpen van verschillende afmetingen, bij voorkeur materiaal dat aantrekt of afstoot.
• een flip-chart.
• download de lijst met mogelijke signalen onderaan deze pagina

Het is soms moeilijk om te bepalen wanneer iets ‘genoeg’ of ‘te veel’ is. Je eigen signalen kunnen je daarbij helpen. Je lichaam, je gedachten, je gevoelens en je gedrag vertellen je hoe je tegenover een vraag of een situatie staat. Voor jezelf opkomen en voor jezelf zorgen begint met het luisteren naar je zelf. 

Vaak antwoord je automatisch “ja” op verzoek. Maar soms krijg je er spijt van omdat je eigenlijk “nee” wilde zeggen. In deze oefening leer je luisteren naar je zelf en leer je op een krachtige manier “nee” zeggen.

1. Leg uit dat je een oefening gaat doen om de deelnemers bewust te maken van de eigen signalen die hen kunnen helpen om beter voor zichzelf op te komen.

2. Laat iedereen rechtstaan.

3. Duid een ontvanger aan. Dit is de persoon die van de andere deelnemers voorwerpen van de tafel ontvangt en vast blijft houden.

4. Vraag aan de ontvanger om goed naar zichzelf te kijken en te luisteren wanneer die de spullen ontvangt: wanneer en hoe geeft jouw lichaam grenzen aan en maakt het je duidelijk dat je geen voorwerp  meer wilt vasthouden? Wat gebeurt er in je lijf, in je gedachten, in je gevoel, in je gedrag? Laat de ontvanger dan nieuwe voorwerpen weigeren. De groep observeert de lichaamstaal en het gedrag van de ontvanger.

5. Vraag de ontvanger naar zijn of haar signalen en schrijf ze geordend op een flap. Vraag ook of de ontvanger op tijd “nee” heeft gezegd. De anderen vertellen wat zij waarnamen en geven feedback op de manier van weigeren. 

6. Herhaal de oefening met een andere ontvanger en vul telkens de flap aan.

Sta eens stil bij jouw omgang met grensoverschrijdend gedrag: doe de oefening “Waar ligt mijn grens? En wanneer verschuif ik die?”