Bevorder groei en autonomie | Icoba

Bevorder groei en autonomie

Een positief leefklimaat is veilig, gestructureerd en biedt ruimte om te leren en jezelf te zijn. Activiteiten, ondersteuning en keuzemogelijkheden zijn daarbij essentieel.

Stimuleer groei & ontwikkeling

Met een gevarieerd aanbod zorg je voor ontspanning én ontwikkeling, voorkom je verveling en geef je mensen de kans om trots te zijn op wat ze doen. Samen plezier maken versterkt het groepsgevoel. Bovendien helpt een goed activiteitenaanbod om spanningen, conflicten en agressie te verminderen. Zo werk je aan een positieve en veilige omgeving.

Ga samen op zoek naar thema’s, activiteiten, materialen en methodieken die passen bij hun interesses, doelen en wensen.

Gebruik vragenlijsten of creatieve methoden zoals moodboards om hun voorkeuren zichtbaar te maken. Laat hen actief meedenken en mee kiezen.

Bied een mix aan van:

  • fysieke activiteiten (zoals sport, spel of bewegen op muziek)
  • creatieve activiteiten (zoals schilderen, tekenen of handwerk)
  • sociale activiteiten (zoals samen koken, een quiz of een groepsspel)
  • cognitieve activiteiten (zoals geheugenspellen, voorlezen of samen iets leren)

Voeg ook ontspanningsoefeningen of mindfulness toe aan het dagprogramma. Dat helpt om stress te verminderen en het welbevinden te vergroten.

Gebruik technologie als iemand minder mobiel is. Denk aan online workshops en interactieve sessies of virtuele rondleidingen in musea of interessante plaatsen.

  • Vier verjaardagen en speel in op seizoenen en feestdagen met passende activiteiten.
  • Moedig je doelgroep aan om familie of vrienden uit te nodigen voor activiteiten. Dat versterkt sociale contacten.
  • Werk samen met lokale organisaties zoals sportclubs, muziek- of dansscholen en kunstcentra. Zo vergroot je het aanbod.

Pols regelmatig of het aanbod nog aansluit. Pas aan op basis van hun mening en veranderende behoeften.

Focus op sterktes en talenten.  

Benoem positief gedrag en geef gerichte complimenten. Bijvoorbeeld: “Wat goed dat je rustig bleef tijdens dat moeilijke moment.” Dit versterkt de vaardigheden en het zelfvertrouwen.

Stimuleer trots door zelf ook trots te zijn op je doelgroep. Hebben ze net iets gemaakt? Fotografeer of presenteer het aan de muren of in een speciale hoek van het lokaal. Als mensen hun eigen werk zien, voelen ze trots en dat motiveert.

Laat mensen zelf dingen proberen binnen hun leerzone. Voorzie ondersteuning waar dat nodig is.

Zie fouten als een kans om te leren – voor zowel zorgvrager als begeleider.

Laat zien dat jij ook leert. Praat open over je eigen gevoelens en hoe je daarmee omgaat. Toon hoe je leert uit fouten, je verontschuldigt en dingen probeert goed te maken.

Toon positief gedrag, ook in moeilijke situaties. Blijf kalm, respectvol en zoek samen naar oplossingen. Zeker kinderen en jongeren leren veel door te kijken naar het gedrag van begeleiders. Wat jij doet, nemen zij vaak over.

Geef ruimte en autonomie

Autonomie is een basisbehoefte. Mensen functioneren beter als ze mogen meedenken, kiezen en verantwoordelijkheid dragen

Laat je doelgroep meedenken en meebeslissen over hun leef-, leer- of werkomgeving.  Vraag naar hun perspectief en mening. Stel vragen zoals:

  • Wat is er (met je) gebeurd?
  • Wat is je sterktes  en kwetsbaarheden?
  • Wat wil je bereiken?
  • Wat heb je nodig?

Maak samen afspraken en geef ruimte om te experimenteren en verantwoordelijkheid op te nemen.

Geef vertrouwen, ook in crisissituaties. Laat mensen hun problemen mee aanpakken. Leer hen:

  • Wat is het probleem?
  • Welke oplossingen zijn er?
  • Wat zijn de gevolgen van elke keuze?

Niet iedereen heeft evenveel vrijheid nodig. Voor sommigen kan te veel autonomie net voor onveiligheid zorgen. Stem daarom altijd af op wat iemand aankan en wat iemand nodig heeft.

Betrek cliënten en hun naasten bij beslissingen over hun traject. Zij hebben de unieke kennis en ervaringen die bijdragen aan betere zorg.

Zeker bij cliënten met regelmatige crisismomenten (zoals zelfverwonding of agressie) praat je best al vóór de crisis over wat er kan, mag en moet gebeuren. Zo geef je mee inspraak. Laat hen  aangeven wat helpt en wat hun wensen en voorkeuren zijn. Maak samen een signaleringsplan: wat zijn de eerste signalen van spanning en hoe kunnen we daar samen gepast op reageren?

Geef hen ook een stem op beleidsniveau. Laat hen meedenken over leefregels, ruimte-inrichting of zorgkwaliteit. Hun ervaringskennis is waardevol.

Bied zo nodig extra ondersteuning

Soms is aanvullende begeleiding nodig. Denk aan therapie, training of psycho-educatie om sociale, emotionele of gedragsvaardigheden te versterken. Werk eventueel samen met externe professionals zoals therapeuten, kinesisten of creatieve begeleiders.