Bepaal spelregels voor je praat over agressie
Stel samen met je team een aantal expliciete spelregels op. Want praten over agressie en eigen grenzen is niet makkelijk. Het is belangrijk dat dit op een veilige en constructieve manier kan.
Praktisch
Aantal deelnemers: min. 3 - max. 12
Duur: 40 minuten
Materiaal:
- Post-its
- Stickers (bv. kleine etiketten of geleurde kleefbolletjes)
- Stiften
- Flipover
Werkwijze
Stap 1: bedenk spelregels
Deel post-its uit en vraag je teamleden om de eigen vijf geboden op te schrijven voor een optimaal teamoverleg rond lastige situaties. Eén gebod per post-it. Schrijf zelf ook mee.
Helpende vragen:
- Wat heb jij nodig van je collega’s om lastige situaties en grensoverschrijdend gedrag met een veilig gevoel te bespreken?
- Wat kan jij voor je collega’s doen opdat zij zich veilig voelen om incidenten te bespreken?
Stap 2: cluster de spelregels
Schrijf in het midden van een grote flap ‘Lastige situaties en grensoverschrijdend gedrag veilig bespreken’. Iedereen stelt zijn geboden voor en plakt ze één voor één op de flap. De andere teamleden oordelen niet, maar mogen verduidelijkingsvragen stellen. Cluster de geboden.
Stap 3: kies de belangrijkste clusters
Elk teamlid krijgt vijf stickers. Die verdelen ze over de geboden-clusters die ze belangrijk vinden - ook al hadden ze die aanvankelijk niet zelf benoemd.
Stap 4: Kies de vijf spelregels
Tel de stickers per cluster. Zet de vijf meest gekozen clusters samen om naar vijf positief geformuleerde spelregels. Deze regels gaan vanaf nu in. Hang ze zichtbaar voor iedereen op. Elk teamlid bewaakt ze mee tijdens het overleg.
Stap 5: laat de spelregels leven
Het echte leerproces om deze spelregels na te leven, start pas als het werkoverleg op gang komt.
- Overloop de regels aan het begin van elk overleg.
- Bewaak samen de regels tijdens het overleg.
- Verwijs er naar als iemand ze overtreedt.
- Geef zelf het goede voorbeeld: bewaak tijdens elk overleg deze regels zo goed mogelijk.
- Beloon in het begin de durf van je medewerkers om de regels mee te noemen.
- Vraag telkens aan het eind van het overleg hoe het was om zo te werken.
- Spreek je waardering uit voor het veel beter vergaderen van de groep.
Enkele voorbeelden van regels:
- Behandel elkaar met respect en vriendelijkheid.
- Je hebt het recht om te “passen”.
- Geef elkaar de tijd, er mogen ook stiltes vallen.
- Wat we hier bespreken is enkel voor ons bedoeld.
- Spreek voor en vanuit jezelf: “ik vind, voel, denk of wil” in plaats van “men zegt”.
- Reageer en oordeel niet te snel.
- Speel op de bal, niet op de man.
- :Vertel eerlijk en open.
- Wees nieuwsgierig: luister en stel vragen om te begrijpen.
- Erken, waardeer en moedig aan.
- Bouw voort op elkaar: zeg “en” in plaats van “maar”.